Jongen mondkapje corona
image/svg+xml

Geen paniek

Jermaine Ristie is educatiemedewerker in de Koppeling. Hij sport met de jongeren om hun enthousiasme naar boven te halen, om discipline en sociale vaardigheden aan te spreken, om hen in staat te stellen zich te uiten of te zorgen dat ze met een leeg hoofd therapie kunnen volgen. Dit is zijn verhaal over werken in coronatijd.

Geen paniek

De impact

Voor de jongeren is hier binnen de Koppeling eigenlijk niets veranderd. Zij krijgen het verschil tussen een volle en een lege stad niet mee. Ze hebben weinig toegang tot sociale media, omdat ze hier gesloten zitten. De Koppeling is een quarantaine plek op zichzelf. De jongeren weten wel dat er iets speelt in de wereld, maar ze maken het niet van dichtbij mee. Dus ze zijn niet bezig met dat we elkaar hier kunnen besmetten. En in de Koppeling is gelukkig ook nog niemand ziek.

We zijn heel bewust bezig met hygiëne. Overal staan desinfecterende flesjes. Dat we nu ineens anderhalve meter uit elkaar moeten blijven, is raar voor de jongeren, ze houden zich daar ook vaak ook niet aan. Bij de collega’s leeft Corona wel meer, omdat wij ook de situatie buiten meemaken. Afstand houden is grappig. We zien er niet ziek uit, maar we lopen wel met een boogje om elkaar heen.

Wat doe je anders?

We sporten op een andere manier. We boksen niet, een potje voetballen met zijn tienen zit er niet in. We werken nu met groepjes van maximaal vier. Een heel andere dynamiek en veel meer individueel gericht. Je moet dus beter kijken welke jongeren je wel of niet bij elkaar zet.

Krachttraining, fitness, dat werkt goed. Ik zet een paar stations neer op afstand van elkaar, zodat ze op verschillende plekken een oefening kunnen doen. Dan zijn ze wel met elkaar in contact, maar van elkaar verwijderd. Door die kleine groepjes kan ik persoonlijker zijn, makkelijker het gesprek aangaan. Hoe gaat het met jullie, hoe gaat het op de groep? Dan zien ze dat sport eigenlijk een waardevol moment voor henzelf is, omdat ze even van hun drukke groep af zijn.

Ik kan ook meer positieve aandacht geven, ingaan op wat een jongere goed doet in plaats van dealen met jongeren die steeds negatieve aandacht vragen – want in een grotere groep heb je daar altijd mee te maken. Ik kan ze makkelijker laten ervaren hoe ze op een positieve manier aanwezig kunnen zijn. En ze kunnen beter tot rust komen. Het is veiliger met zijn tweeën of drieën dan wanneer je met acht jongeren bent van wie je de helft niet goed kent.  Dus eigenlijk zijn er veel voordelen.

Continuïteit van zorg

We zijn nog steeds op de werkvloer met zijn allen. De pedagogisch medewerkers draaien de groepen. De behandelcoördinatoren en behandelaren werken voor een deel vanuit huis, die zijn telefonisch bereikbaar. Hier en daar worden wat docenten ingevlogen, school gaat nog gewoon door, andere activiteiten van het dagprogramma ook – hoewel er ook veel geschrapt zijn. Dus voor de jongeren staat de wereld niet stil omdat er Corona is.

En hoe gaat het met jou?

Ik moet eerlijk toegeven dat ik het in het begin wel spannend vond. Hoe gaan we controleren dat we geen zieken krijgen? De jongeren gaan naar buiten op verlof, ook onbegeleid. Ik kan zelf wel goed opletten in de supermarkt en dat ik alleen van en naar huis ga, maar ik weet niet wat die jongeren doen buiten. Mijn ouders zijn al wat ouder, ik wil hen niet in gevaar brengen. Dus ik vroeg me wel af: moet ik dit wel doen?

De afspraken die we hebben gemaakt over hygiëne en verloven zijn nu duidelijker, dat heeft mij meer rust gegeven – hoewel er nog steeds onbegeleid (nacht)verlof is. Ik sta met zo’n jongere in de sportzaal, zonder dat ik weet waar die is geweest. Al probeer ik dat bij de groepsleiding wel zoveel mogelijk te achterhalen, het blijven jongeren, je weet nooit wat ze precies uitspoken…

Vakmanschap in tijden van Corona

Heel rustig hebben we met elkaar gekeken naar de mogelijkheden, eigenlijk stond de basis van onze nieuwe manier van werken er al na een dag. We zijn goed op elkaar ingespeeld, we zijn niet in paniek geraakt, we hebben snel kunnen handelen. Dat vind ik echt heel mooi. We zijn hier gewoon heel stressbestendig. Dat geeft een heleboel rust, een veilig gevoel. Ik denk dat de jongeren daardoor ook geen paniek hebben meegekregen.

Dit is het eerste van een reeks verhalen over Corona bij Levvel. Verhalen om de moed erin te houden, ter herkenning, om van te leren, ter inspiratie, om het gevoel van samen te versterken – en ook om een beetje vinger aan de pols te houden van hoe het gaat.

Auteur: Karin Schaafsma (projectleider, schrijver en onderzoeker bij Levvel)

 

Meer over Vakmanschap